Mijn  - Ik heb een broer. _____ broer heet Paul., Zijn - Piet heeft een dochter. ______ dochter heet Sarah., Haar - Anna heeft een zoon. ______ zoon heet Bas., uw - Mevrouw, wat is _____ telefoonnummer?, je / jouw - Hoi Kim, mag ik _____ telefoonnummer?, ons - We pakken ______ boek., onze - We gaan met ______ auto naar het feest., je / jullie - Jullie maken _____ huiswerk., hun - Mijn opa en oma hebben foto's van ____ vakantie.,

T2 - Possessief 1

Tauler de classificació

Estil visual

Opcions

Canvia de fonament

Restaurar desada automàtica: ?