Hoe laat ga je vandaag naar huis?, Wanneer is jouw verjaardag? , Hoe heten jouw moeder en vader?, Hoe noem je zaterdag en zondag samen?, Welke kleren heb je aan?, Wat heb je gisteren gegeten?, Wie wonen in jouw huis?, Noem drie groenten., Wat eet je bij het ontbijt?, Hoe laat is het ?, Wat ga je vanmiddag doen?, Wat is je achternaam? Hoe spel je dat?, Hoe heet de leerling naast jou in de klas?, Wat doe je in het weekend?, Wat eet je het liefst in een restaurant? , Wat koop je op de markt?, Welke stad vind je mooi? Waarom?, Wat voor werk wil je doen, als je klaar bent met school?, Wat voor weer is het vandaag?, Noem drie soorten fruit. .

NT2 A1

Edetabel

Visuaalne stiil

Valikud

Vaheta malli

Kas taastada automaatselt salvestatud ?