1) Ik _____ een fiets.  a) heb b) hebt c) heeft d) hebben 2) Ik _____ een leerling. a) ben b) bent c) is d) zijn 3) Jij _____ een pen. a) ben b) bent c) heb d) hebt 4) _______ jij een pen? a) ben b) bent c) heb d) hebt 5) Jij ______ de vader van Maria. a) ben b) bent c) heb d) hebt 6) _______ jij de vader van Maria? a) ben b) bent c) heb d) hebt 7) Mijn vader ______ 56 jaar. a) bent b) is c) heeft d) hebt 8) Mijn vader ________ 3 broers. a) is b) bent c) hebt d) heeft 9) Wij _______ vandaag les. a) is b) zijn c) heeft d) hebben 10) _________ jullie geen les? a) is b) zijn c) heeft d) hebben 11) Mijn opa en oma ________ een groot huis. a) is b) zijn c) heeft d) hebben 12) Simon en Fati __________ in de supermarkt. a) is b) zijn c) heeft d) hebben 13) Romeo en Julia __________ niet getrouwd. a) is b) zijn c) heeft d) hebben 14) Jullie __________ een boek. a) is b) zijn c) heeft d) hebben 15) Een oom ______ de broer van je vader of moeder. a) is b) bent c) heeft d) hebt 16) Simon en ik ________ in de klas. a) is b) zijn c) heeft d) heb 17) Hoeveel kinderen ________ jij? a) ben b) bent c) heb d) hebben 18) Mijn opa __________ twee auto's. a) is b) zijn c) hebt d) heeft 19) ____________ jullie morgen op school? a) ben b) is c) hebben d) zijn 20) U ___________ altijd te laat mevrouw! a) is b) heeft c) bent d) zijn

Oefenen met hebben en zijn

לוח תוצאות מובילות

סגנון חזותי

אפשרויות

החלף תבנית

האם לשחזר את הנתונים שנשמרו באופן אוטומטי: ?