1) nadenken a) aan b) over c) op d) voor 2) slagen a) bij b) op c) aan d) voor 3) zorgen a) in b) voor c) bij d) aan 4) spijt hebben a) voor b) bij c) van d) op 5) vluchten a) na b) van c) op d) voor 6) discussiëren a) over b) aan c) voor d) in 7) invloed hebben a) in b) over c) op d) van 8) zich concentreren a) aan b) op c) van d) bij 9) schrikken a) voor b) in c) bij d) van 10) een hekel hebben a) bij b) over c) aan d) in

Scorebord

Visuele stijl

Opties

Template wisselen

Automatisch opgeslagen activiteit "" herstellen?