Zijn - was - waren - geweest, Hebben - had - hadden - gehad, Eten - at - aten - gegeten, Gaan - ging - gingen - gegaan, Lopen - liep - liepen - gelopen, Lezen - las - lazen - gelezen, Kunnen - kon - konden - gekund, Komen - kwam - kwamen - gekomen, Begrijpen - begreep - begrepen.
0%
Irregular verbs Dutch cards
Share
Share
Share
by
Oscar281191
Adult education
Show More
Edit Content
Embed
More
Leaderboard
Speaking cards
is an open-ended template. It does not generate scores for a leaderboard.
Log in required
Visual style
Fonts
Log in required
Options
Switch template
Show all
More formats will appear as you play the activity.
Continue editing:
?