irritant - Wat ....................... dat hij zo vaak te laat komt!, soms - Meestal ben ik 's avonds thuis, maar ....... ga ik hardlopen., knap - Hij heeft prachtig krullend haar en mooie bruine ogen. Ik vind hem heel ...........:, vroeg - Op zondag sta ik niet ................... op, meestal pas om ongeveer 10.00 uur., over - Ik zal me haasten en ben er ................ tien minuten., na - ............ de lunch ga ik vaak even wandelen., gauw - Doei! Tot ....................!, graag - Ik wil ........................ een afspraak maken., om - Zij heeft ................. 13.30 uur een afspraak in het ziekenhuis., toch - Hé, je bent er ...................! Ik dacht dat je niet kon komen!,

Dutch for beginners - woorden H4

ustvaril/-a

Lestvica vodilnih

Vizualni slog

Možnosti

Preklopi predlogo

Obnovi samodejno shranjeno: ?