zijn - was, waren, worden - werd, werden, hebben - had, hadden, gaan - ging, gingen, komen - kwam, kwamen, lopen - liep, liepen, rijden - reed, reden, staan - stond, stonden, zitten - zat, zaten, zeggen - zei, zeiden, slapen - sliep, sliepen, luisteren - luisterde, luisterden, horen - hoorde, hoorden, schrijven - schreef, schreven, werken - werkte, werkten, lezen - las, lazen, zien - zag, zagen, kijken - keek, keken, kopen - kocht, kochten, betalen - betaalden,

Табела

Плочице на окретање је отворени шаблон. Он не генерише резултате за табелу рангирања.

Визуелни стил

Поставке

Промени шаблон

Врати аутоматски сачувано: ?