A: Waar woon je? / B: Wanneer ben je jarig?, A: Hoe laat is het nu? / B: Hoe laat is het over 15 minuten?, A: Beschrijf twee meubels in je kamer. B: Vertel welke je mooier vindt en waarom. , B: Vergelijk twee van je kledingstukken met elkaar. A: Vertel welk kledingstuk je mooier vindt en waarom., A: Je bent jarig. B: Felciteer A. , B: Vraag A wat hij/zij lekker vindt. A: Vertel wat je lekker vindt en wat je niet lekker vindt. , A & B: Vraag elkaar hoe het met jullie gaat., A: Noem de possessief pronomen (whose?) B: Noem de pronomen personale als object. (whom?), B: Je staat bij het station Amsterdam Zuid. Vraag de weg naar de VU. A: Geef een routebeschrijving., A: Je hebt een broek gekocht, maar de broek past niet.. B: Je werkt in de winkel. , B: Beschrijf hoe je moeder eruit ziet. A: Beschrijf hoe je vader eruit ziet. , A & B: geef elkaar een compliment. , A: Vertel wat je gisteren hebt gedaan. B: Vertel wat je afgelopen weekend hebt gedaan. , A: Maak een voorstel. / B: Reageer erop..
0%
Herhaling Code+ 1 Hoofdstuk 1-6
Sdílet
Sdílet
Sdílet
podle
Fvehling
Upravit obsah
Vložit
Více
Výsledková tabule/Žebříček
Náhodné kolo
je otevřená šablona. Negeneruje skóre pro žebříček.
Vyžaduje se přihlášení.
Vizuální styl
Fonty
Vyžaduje se přihlášení.
Možnosti
Přepnout šablonu
Zobrazit vše
Při přehrávání aktivity se zobrazí další formáty.
Otevřené výsledky
Kopírovat odkaz
Odstranit
Obnovit automatické uložení:
?