1) jarig zijn - groot feest geven 2) moeder worden - drie jaar met ouderschapsverlof gaan 3) de les klaar zijn - meteen naar huis gaan 4) examen doen - altijd/nooit zenuwachtig worden 5) de reading week zijn - met vakantie gaan 6) de bachelor afronden - eerst een jaartje reizen 7) 's ochtends koffie drinken - meteen wakker worden 8) later groot zijn - (noem een beroep) worden 9) mijn moeder mijn haar streelt - altijd kippenvel krijgen 10) van iemand houden - omarmen hem/haar graag

1A_oefening 8: aangepast

Bestenliste

Visueller Stil

Einstellungen

Vorlage ändern

Soll die automatisch gespeicherte Aktivität wiederhergestellt werden?