1) Oefenvraag: wat is een genotmiddel? a) koffie b) wijn c) sigaret d) chocola e) padddenstoelen waar je van gaat hallucineren f) alle antwoorden zijn goed 2) Welk woord past? De Telegraaf is een .... krant a) papieren b) online c) A en B is allebei goed 3) Wat is de goede verleden tijd? a) Ik loopte hard gisteren. b) Ik hardloopte gisteren. c) Ik liep hard gisteren. d) Ik hardliep gisteren. 4) Arjen Lubach is een cabaratier .. ik heel leuk vind. a) dat b) die c) met wie d) waar 5) Hoeveel mensen in Nederland zijn religieus? a) De meerderheid b) Meer dan de helft c) De helft d) Iets minder dan de helft e) Een klein groepje 6) Welke conjunctie past het best? In katholieke kerken zie je veel kleur en beelden, ... de protestantse kerken zijn sober. a) en b) of c) dus d) maar 7) Het overleg is goed gegaan. Ik ben ... a) duidelijk b) moe c) opgelucht d) ervaren e) opgelost f) verdrietig 8) Wat past NIET bij een formele brief? a) Lieve heer/mevrouw,  b) Geachte heer/mevrouw,  c) Beste medewerkers van ... d) Bij voorbaat dank, e) Met vriendelijke groeten, 9) A: Ik kan mijn sleutels niet vinden! B: Heb je ze niet in je tas ... ? a) gestopt b) gezet c) gelegd 10) Met welke grappen kun je in Amsterdam beter niet maken? Grappen over ... a) Rotterdammers b) Hagenezen (mensen uit Den Haag) c) Belgen d) Duitsers e) Amsterdammers

Code+3 H14 h8-14 quiz 10 vragen

szerző:
Beágyazás

Ranglista

Vizuális stílus

Beállítások

Kapcsoló sablon

Automatikus mentés visszaállítása :?