leggere - lezen, scrivere - schrijven, correre - hardlopen / rennen, vedere - zien, scendere - uitstappen / afgaan, prendere - nemen, vendere - verkopen, chiedere - vragen, chiudere - dicht doen / sluiten, accendere - aandoen, conoscere - kennen, mettere - leggen / zetten / stoppen, perdere - verliezen, ripetere - herhalen, rispondere - antwoorden,

verbi in -ERE (IT/NL)

Classifica

Stile di visualizzazione

Opzioni

Cambia modello

Ripristinare il titolo salvato automaticamente: ?