1) Vanmiddag heb ik mijn collega ...  (appen) a) geappt b) geappd 2) Ik heb 5 jaar aan de universiteit ... (studeren) a) gestudeert b) gestudeerd 3) We zijn in 2018 ... (trouwen) a) getrouwt b) getrouwd 4) Helaas heeft mijn hond maar 4 jaar ... (leven) a) geleeft b) geleefd 5) Ik heb mijn essay naar de docent ... (mailen) a) gemailt b) gemaild 6) Afgelopen zondag heb ik 20 kilometer ... (fietsen) a) gefietst b) gefietsd 7) Zaterdagmiddag heb ik erwtensoep .... (maken) a) gemaakt b) gemaakd 8) De cursus heeft 8 weken ... (duren) a) geduurt b) geduurd 9) Op het feest hebben we veel ... (dansen) a) gedanst b) gedansd 10) Ik heb nog nooit met een scooter ... (reizen) a) gereist b) gereisd

Lyderių lentelė

Vizualinis stilius

Parinktys

Pakeisti šabloną

Atkurti automatiškai įrašytą: ?