1) jij sta a) goed b) fout 2) hij loopt a) goed b) fout 3) wij lig a) goed b) fout 4) jij loop a) goed b) fout 5) u loop a) goed b) fout 6) hij staat a) goed b) fout 7) jullie liggen a) goed b) fout 8) ik loop a) goed b) fout 9) wij staan a) goed b) fout 10) hij sta a) goed b) fout 11) u liggen a) goed b) fout 12) ik ligt a) goed b) fout 13) zij staan a) goed b) fout 14) hij lopen a) goed b) fout 15) jullie ligt a) goed b) fout 16) jij loopt a) goed b) fout 17) zij liggen a) goed b) fout 18) jullie loopt a) goed b) fout 19) wij lopen a) goed b) fout 20) wij liggen a) goed b) fout 21) hij lig a) goed b) fout 22) wij loop a) goed b) fout 23) jij liggen a) goed b) fout 24) jullie sta a) goed b) fout 25) hij liggen a) goed b) fout 26) u staat a) goed b) fout 27) hij staan a) goed b) fout 28) jij staat a) goed b) fout 29) ik staat a) goed b) fout 30) wij loopt a) goed b) fout 31) ik sta a) goed b) fout 32) zij ligt a) goed b) fout 33) hij ligt a) goed b) fout 34) ik liggen a) goed b) fout 35) wij ligt a) goed b) fout 36) ik loopt a) goed b) fout 37) zij lopen a) goed b) fout 38) jullie staan a) goed b) fout 39) jullie staat a) goed b) fout 40) zij sta a) goed b) fout 41) jij ligt a) goed b) fout 42) zij staat a) goed b) fout 43) zij loop a) goed b) fout 44) u loopt a) goed b) fout 45) wij sta a) goed b) fout 46) hij loop a) goed b) fout 47) ik lopen a) goed b) fout 48) jij lig a) goed b) fout 49) jij lopen a) goed b) fout 50) ik lig a) goed b) fout 51) jullie lopen a) goed b) fout 52) zij loopt a) goed b) fout 53) zij lig a) goed b) fout 54) u ligt a) goed b) fout

NT2 Start werkwoorden presens (lopen, liggen, staan)

oleh
Benamkan

Papan mata

Gaya visual

Pilihan

Tukar templat

Pulihkan autosimpan: ?