Publieke leermiddelen

Year 11

Voorbeelden uit onze gemeenschap

858 resultaten voor 'year 11'

Pasado Imperfecto
Pasado Imperfecto Kies het antwoord
(2) to prefer (preferir)
(2) to prefer (preferir) Verbinden
door
Sinonimos de Personalidad
Sinonimos de Personalidad Kies het antwoord
Los numeros
Los numeros Kruiswoordpuzzel
Saludos y despedidas
Saludos y despedidas Kies het antwoord
Lista de verbos regulares
Lista de verbos regulares Rad van fortuin
Comparaciones Y10
Comparaciones Y10 Quiz
El imperativo
El imperativo Quiz
Mi rutina diaria
Mi rutina diaria Kies het antwoord
El medio ambiente_sinonimos
El medio ambiente_sinonimos Draaitegels
Imperativo (random wheel)
Imperativo (random wheel) Rad van fortuin
en el restaurante
en el restaurante Kies het antwoord
Subjuntivo (tú)
Subjuntivo (tú) Quiz
(16) Animals: Image reveal
(16) Animals: Image reveal Afbeeldingsquiz
door
Practica de conversacion Y13
Practica de conversacion Y13 Rad van fortuin
Mi familia (Eng-Spa)
Mi familia (Eng-Spa) Vakjes openmaken
En mi tiempo libre
En mi tiempo libre Kies het antwoord
te form/before & after review - fill in the blanks
te form/before & after review - fill in the blanks Maak de zin af
door
Te form & Tari Form
Te form & Tari Form Maak de zin af
door
Flashcards - L1 Grammar: Verb こと sentences
Flashcards - L1 Grammar: Verb こと sentences Flash-kaarten
door
Linking adjectives
Linking adjectives Ontwarren
door
Year 11 Say something about ...
Year 11 Say something about ... Rad van fortuin
door
¿Qué comes?
¿Qué comes? Rad van fortuin
Fair Tests
Fair Tests Verbinden
(a)  Colours - label
(a) Colours - label Gelabelde afbeelding
door
(5) to die (morir)
(5) to die (morir) Verbinden
door
(b) Mixed verbs
(b) Mixed verbs Verbinden
door
(b) to drink (beber)
(b) to drink (beber) Verbinden
door
(29) Time expressions (in the past)
(29) Time expressions (in the past) Verbinden
door
(1) People and Family
(1) People and Family Verbinden
door
(4) Conditional hablar (to talk/speak)
(4) Conditional hablar (to talk/speak) Verbinden
door
(2) Conditional beber (to drink)
(2) Conditional beber (to drink) Verbinden
door
(10) Conditional to live (vivir)
(10) Conditional to live (vivir) Verbinden
door
(2) Free time
(2) Free time Verbinden
door
(d) Direct Object Pronouns
(d) Direct Object Pronouns Verbinden
door
(1) to ask for (pedir)
(1) to ask for (pedir) Verbinden
door
(a) Reflexive verbs infinitives
(a) Reflexive verbs infinitives Verbinden
door
(1) to be used to (soler)
(1) to be used to (soler) Verbinden
door
Las peliculas (random wheel facil)
Las peliculas (random wheel facil) Rad van fortuin
Pasado simple (traduccion)
Pasado simple (traduccion) Vakjes openmaken
(9) Going to do (Ir + infinitive) questions
(9) Going to do (Ir + infinitive) questions Verbinden
door
(8) Going to do (IR + infinitive)
(8) Going to do (IR + infinitive) Verbinden
door
 (c) to talk (hablar)
(c) to talk (hablar) Verbinden
door
(c) to have (tener)
(c) to have (tener) Verbinden
door
(a) to be (ser)
(a) to be (ser) Verbinden
door
(2) to make/do (hacer)
(2) to make/do (hacer) Verbinden
door
(c) Present Perfect
(c) Present Perfect Goed of fout
door
Automatisch opgeslagen activiteit "" herstellen?