1) Which word in the following sentence is the direct object? My sister poured the juice into the glass. a) my b) sister c) juice d) glass 2) Which word in the following sentence is the direct object? The man bought our old washer. a) truck b) man c) old d) washer 3) Which word in the following sentence is the direct object? The storm blew the leaves off the trees. a) trees b) leaves c) off d) storm 4) Which word in the following sentence is the direct object? I hung my coat on a hook in my room. a) coat b) I c) room d) hook 5) Which word in the following sentence is the direct object? We put the cookies in the oven for 10 minutes. a) minutes b) cookies c) oven d) we
0%
Direct Objects- Language Live Unit 2
Delen
Delen
Delen
door
Parlerkenzie
Inhoud Bewerken
Afdrukken
Embedden
Meer
Toewijzingen
Scorebord
Meer weergeven
Minder weergeven
Dit scoreboard is momenteel privé. Klik op
Delen
om het publiek te maken.
Dit scoreboard is uitgeschakeld door de eigenaar.
Dit scoreboard is uitgeschakeld omdat uw opties anders zijn dan die van de eigenaar.
Opties Herstellen
Gameshow quiz
is een open template. Het genereert geen scores voor een scoreboard.
Inloggen vereist
Visuele stijl
Lettertypen
Abonnement vereist
Opties
Template wisselen
Alles weergeven
Er zullen meer templates verschijnen terwijl je de activiteit gebruikt.
Open resultaten
Kopieer link
QR-code
Verwijderen
Automatisch opgeslagen activiteit "
" herstellen?