1) Wat zie je? a) een monster b) een vampier c) een heks d) een piraat 2) Wat zie je? a) een skelet b) een spin c) een monster d) a pompoen 3) Wat zie je? a) een monster b) een kat c) een pompoen d) een spin 4) Wat zie je? a) een heks b) een spook c) een skelet d) een vampier 5) Wat zie je? a) een vleermuis b) een zwarte kat c) een spin d) een monster 6) Wat zie je? a) een vleermuis b) een kat c) een pompoen d) een vampier 7) Wat zie je? a) een monster b) een pompoen c) een heks d) een spin 8) Wat zie je? a) een vampier b) een skelet c) een mummie d) een spook 9) Wat zie je? a) een mummie b) een skelet c) een monster d) een vampier 10) Wat zie je? a) een monster b) een tovenaar c) een heks d) een vampier

autor:

Tabela rankingowa

Styl wizualny

Opcje

Zmień szablon

Przywrócić automatycznie zapisane ćwiczenie: ?