1) Wanneer raak jij de kluts kwijt? 2) Wanneer ben jij wel eens handen tekort gekomen? 3) Van welke dingen raak jij in de war? 4) Wat neemt te veel tijd in beslag in jouw leven? 5) Wanneer heb jij het gevoel achter de feiten aan te lopen? 6) Wat loopt compleet uit de hand, naar jouw mening? 7) Waar wil jij de stekker uit trekken? 8) Wat is bij jou niet onopgemerkt gebleven?

Uitdrukkingen Hoofdstuk 8 tekst 1 NnP

Tabela rankingowa

Styl wizualny

Opcje

Zmień szablon

Przywrócić automatycznie zapisane ćwiczenie: ?