1) Ik ga drie keer per jaar op vakantie. Hoe vaak gaat u op vakantie en waar gaat u dan naar toe? 2) 2. Ik spreek 4 talen en mijn moedertaal is Nederlands. Welke talen spreekt u en wat is uw moedertaal? 3) 3. Ik heb twee zussen en veel neven en nichten. Wat kunt u vertellen over uw familie? 4) 4. Mijn dag begint altijd om 6 uur in de ochtend. Hoe laat begint uw dag en wat doet u dan het eerst? 5) 5. Ik woon in een rijtjeshuis in Heemstede. Waar woont u en hoe is uw contact met de buren? 6) 6. Ik doe allerlei dingen om gezond te blijven. Wat doet u allemaal om gezond te blijven? 7) 7. Ik doe mijn boodschappen bijna altijd op de fiets. Hoe doet u uw boodschappen? 8) 8. Ik houd van autorijden. Houdt u ook van autorijden? Vertel ook waarom u wel of niet van autorijden houdt. 9) 9. Ik luister elke dag naar het nieuws op de radio. Hoe vaak luistert u naar de radio? En naar wat voor soort programma’s luistert u het liefst? 10) 10. Ik ga graag naar een feestje in het weekend.Wat doet u het liefst in het weekend? En vertel ook waarom u dat leuk vindt. 11) 11. Ik ontvang graag vrienden op bezoek.Ontvangt u weleens vrienden bij u thuis op bezoek? En wat doet u dan met uw vrienden? 12) 12. Ik vind de winter een heerlijk seizoen. Welk seizoen vindt u het prettigst?En vertel ook waarom.

VRAGEN A2 - nummer 1

de
Imprimir
Incorporar

Ranking

Estilo visual

Opções

Alterar modelo

Restaurar arquivo salvo automaticamente: ?