1) In de bioscoop draait een film ........ ik graag wil zien. a) die b) dat 2) Ik geef mijn moeder een cadeau ..... ze graag wil hebben. a) die b) dat c) wie 3) De pizza .... ik lekker vind, is uitverkocht. a) die b) dat c) wie 4) De collega ... naast mij zit, is heel aardig. a) die b) dat c) wie 5) Het is een mooi huis ..... ik in woon a) die b) dat c) wie d) waar 6) Hoe heet die vrouw met ......... je praat? a) die b) dat c) wie d) over wie 7) Amsterdam is een stad .... je goed kunt fietsen a) die b) waar c) dat d) wie 8) Het is een persoon ... ik graag naar luister a) waar b) wie c) die d) dat

Relatieve bijzinnen a2+

tarafından

Skor Tablosu

Görsel stil

Seçenekler

Şablonu değiştir

Otomatik olarak kaydedilen geri yüklensin mi: ?