Je ziet een vriend. Wat zeg je?, Je gaat weg. Wat zeg je?, Noem iemand in jouw familie., Noem een woord met een dubbele klinker: au, eu... etc., Noem een werkwoord., 'Zijn': ik ..., jij ..., zij/hij ..., wij ..., jullie ..., zij ..., 'Hebben': ik ..., jij ..., zij/hij ..., wij ..., jullie ..., zij ..., Tel tot twintig., Noem de dagen van de week., Noem de maanden van het jaar., In welk jaar ben jij geboren?, Lees deze woorden: schoen, school, fantastisch, logisch., 'Drinken': ik ..., jij ..., zij/hij ..., wij ..., jullie ..., zij ..., Wat zie je op school?, Noem 6 kleuren!, Spel je eigen naam., Noem 5 kamers in een huis!, Noem de 5 grootste steden van Nederland., Noem de 12 provincies. , Hoe heten de koning en koningin van Nederland?, Hoe heet de minister-president van Nederland?, Wat is vandaag jouw programma? (noem tijd en activiteit), Noem een soort winkel., Noem 5 soorten fruit, Noem 5 soorten kleding.

PimPamPet TaalCompleet Thema 1 tm 4

автор

Список переможців

Візуальний стиль

Параметри

Обрати інший шаблон

Відновити автоматично збережене: ?