Waar woon je en hoe lang woon je daar? (...; Daar ...), Wanneer ben je jarig? (Op...), Wat doe jij in het weekend? (In ...), Wat ga je na de les doen? (Na ...), Op welke dagen werk jij niet? (Op...), Hoe is het weer in jouw land? (In ...), Hoe is het weer vandaag? (Vandaag ...), Wat vind jij van Nederland? (Nederland ...), Welk land vind jij mooi? (X ...), Welke stad vind jij mooi? (X ...), Wat eet jij graag? (X...), Wat doe jij op zondag? (Op ...), Hoe laat sta jij 's ochtends op? (Om...), Hoe laat ga jij 's avonds naar bed? (Om ...), Hoe laat begint de les? (Om...), Wanneer begint de vakantie? (In/over...), Wat vind jij leuk aan Nederland? (X...), Wat is jouw hobby? (X...), Wanneer doe jij boodschappen? (Op ...), Vind je tv kijken leuk? (Tv...), Op welke dag maak jij je huis schoon? (Op ...), Vind jij dansen leuk? (Dansen ...), Wat kan je in de bibliotheek doen? (In...), Wat kan je in een zwembad doen? (In ...), Wat kan je in een park doen? (In...), Hoe ga jij naar de supermarkt? (Op/met ...), Wat kan je op het strand doen? (Op...), Hoeveel keer per week doe jij boodschappen? (...x...), Hoelang woon jij nu in Nederland? (...jaar/maanden...), Hoeveel keer per jaar ga jij op vakantie? (...x...).
0%
Spreken - Inversie 1
Chia sẻ
bởi
Saskiadaanje
Volwassenen
Grammatica
NT2
Spreken
NT2
Chỉnh sửa nội dung
Nhúng
Nhiều hơn
Bảng xếp hạng
Thẻ bài ngẫu nhiên
là một mẫu kết thúc mở. Mẫu này không tạo điểm số cho bảng xếp hạng.
Yêu cầu đăng nhập
Phong cách trực quan
Phông chữ
Yêu cầu đăng ký
Tùy chọn
Chuyển đổi mẫu
Hiển thị tất cả
Nhiều định dạng khác sẽ xuất hiện khi bạn phát hoạt động.
Mở kết quả
Sao chép liên kết
Mã QR
Xóa
Bạn có muốn khôi phục tự động lưu:
không?