Ik ben geel. (I'm yellow.), Wie het hoogst gooit mag beginnen. (Whoever throws the highest gets to start.), Wie is er aan de beurt? (Who's turn is it?), Dat telt niet. (That doesn't count.), Ik heb zes gegooid. (I rolled six.), Mag ik de dobbelsteen? (May I have the dice?), Je mag nog eens gooien. (You may throw/roll again.), Ik heb gewonnen! (I won!), Wat jammer! (What a pity!), Jij mag de kaarten schudden. ( You may shuffle the cards.), Ik moet de kaarten uitdelen. (You may hand out the cards.), Je mag een kaart pakken. (You can take a card.), Mag ik van jou ..... (bij kwartetten). (May I have from you.......).
0%
Audio Th 2 blz. 30 Dingen die je zegt als je een spel speelt. Things you say when playing a game.
Share
Share
Share
by
Learndutch
Edit Content
Embed
More
Leaderboard
Speaking cards
is an open-ended template. It does not generate scores for a leaderboard.
Log in required
Visual style
Fonts
Log in required
Options
Switch template
Show all
More formats will appear as you play the activity.
Open results
Copy link
Delete
Continue editing:
?