's nachts - Ik slaap ------ , 's ochtends - ---- eet ik altijd muesli en drink een kop koffie als ontbijt., vannacht - Ik heb ------- heel slecht geslapen!, morgenmiddag - Ik bel je ----- om 14.00 over dit probleem., morgen - Ik heb vandaag mijn COVID test gehad. ------ ga ik naar huis., gisteren - Heb jij ------ nog naar televisie gekeken? , 's avonds - Ik eet ------ altijd om een uur of 6. , morgenochtend - De Nederlands les is ------------- om 10 uur en niet om 11 uur. , 's middags - Ik zit veel te veel! Ik ga daarom ------- een stukje lopen. Meestal tussen 3 en 4., vandaag - ..... heb ik vrij. Morgen moet ik wel werken.,

Leaderboard

Visual style

Options

Switch template

Continue editing: ?